Transvet is het slechtste vet dat er is. Het komt van nature in producten voor maar het kan ook worden toegevoegd aan een product. Het grootste gedeelte van transvet ontstaat tijdens het productieproces van een product in een fabriek. Transvet komt van nature voor in melk en vlees van herkauwers. Dit zijn bijvoorbeeld schapen en koeien. Transvet ontstaat in de maag van deze dieren. Het lichaam heeft transvet niet nodig maar krijgt het vaak ongewild binnen tijdens het eten van bepaalde producten.
Transvet gemaakt in de fabriek
Transvet wordt voor het grootste gedeelte toegevoegd aan producten tijdens het productieproces. Tijdens het harden van vet, van onverzadigd naar verzadigd vet, ontstaat transvet. Het zachte vet wordt hierdoor harder waardoor het gebruikt kan worden in producten zoals bak- en braadvet, margarines maar ook in snacks, koekjes en gebak. Nadat bekend werd dat transvet erg slecht is zijn de productieprocessen verbeterd zodat er nog maar zo weinig mogelijk transvet in de producten zit.
Transvet op etiket
Of er transvet in een product zit wordt doorgaans vermeld op het etiket van het product. Als er gebruik wordt gemaakt van geharde olie of vet dan moet dit vermeld worden op het etiket. Transvet kan ook in andere benamingen vermeld worden zoals “gehydrogeneerd vet” of “plantaardig vet, gedeeltelijk gehard”. Bij andere producten is het niet altijd bekend of en hoeveel transvet erin zit.
Effect op de gezondheid
Transvet wordt niet voor niets het slechtste vet genoemd. Het is nog slechter dan verzadigd vet. Het slechte LDL cholesterol wordt verhoogd door het transvet en tegelijkertijd wordt het goede HDL cholesterol verlaagd. Het risico op hart- en vaatziekten wordt hierdoor groter.